Could it be that it was all so simple then?

by • September 24, 2013 • SchrijfselComments (0)2774

Laatst las ik een stuk van iemand die zei dat ‘liefde’ veel te ingewikkeld is geworden. De digitale wereld heeft le jeu d’amour onbewust ernstige schade toegebracht. Hoe lang na een date stuur je een sms’je dat het gezellig was en dat er snel een vervolg moet komen? Hoe lang na ontvangst van een dergelijk sms’je stuur je een antwoord terug? Je wil natuurlijk wel cool en beheerst overkomen, ook al slaat je hart twee keer over als je haar naam in het oplichtende beeldscherm van je mobiele praatapparaat ziet staan. Voeg je haar meteen toe op MSN of wacht je daar mee totdat de telefoonrekening dermate hoog is dat er wel uitgekeken móét worden naar een kostenbesparend alternatief. En wanneer zet je op je Facebook dat je niet langer single bent, omdat je bloedpomp al is vergeven aan een ander?

De schrijfster van het stuk verlangde weer terug naar de tijd dat er met knikkende knieën aan haar gevraagd werd of ze misschien verkering wilde. De tijd dat beste vriendinnetjes een briefje gaven aan de jongen in kwestie en dat deze ‘ja’ of ‘nee’ diende aan te kruisen op de vraag of hij wellicht ‘het’ met haar wilde. Mooie herinneringen aan een evenzo mooie tijd, maar was het echt zo makkelijk of laten we onszelf dat geloven?

Voor mij was het de tijd dat de ‘Twix’ nog gewoon werd verkocht als ‘Raider’ en dat deze door de dienstdoende voetbalkantine barmedewerker slechts over de toonbank werd geschoven na het overhandigen van ‘n Gulden Florijn.

De tijd dat de grote broer van één van mijn beste vriendjes ons nog wist wijs te maken dat je moest oppassen voor witte busjes met witte nummerborden en zwarte letters. Dit waren namelijk auto’s die bestuurd werden door kinderlokkers en daar kon je niet voorzichtig genoeg mee zijn. Wonend aan de Zeeuwse kust, het Mekka van de Duitse vakantieganger, belandden wij dan ook menigmaal van het één op het andere moment op de buik in de bosjes (al dan niet met brandnetels) om uit het zicht van één van deze passerende ‘monsters’ te blijven. De rode vlekken die de netels in je gezicht en op je handen achter lieten voor lief nemend.

Maar het was vooral de tijd dat zij Ruth heette.
Het mooiste meisje van de klas die, gelijk een shampoo reclame, de hele dag in slow motion met haar bruine krullen liep te zwaaien. Van de liefde wist ik niks, maar de volstrekt onsamenhangende onzin die er uit mijn mond kwam als ik haar tijdens het voorbij gaan in de gang quasi-nonchalant probeerde aan te spreken, deed vermoeden dat er hier iets ‘aparts’ aan de hand was.

Van achter in de klas werd er met mijn vriendjes dan ook een strijdplan bedacht om het hart van deze deerne op gepaste wijze te veroveren. Een nauwkeurig uitgestippeld stappenplan dat in gang werd gezet door het eeuwenoude ritueel van stukjes gum en propjes papier gooien naar het hoofd van het nietsvermoedende slachtoffer. Het was namelijk van groot belang om de aandacht van haar en haar vriendinnen te krijgen. Wat je verder met die aandacht aan moest wist je zelf ook niet, want als één van haar beste vriendinnen dan naar jou toe kwam om te vragen of je soms ‘op haar was ofzo’, dan werd dit natuurlijk in alle toonaarden ontkent.

Om kwart voor elf ging de bel voor de pauze en nam iedereen zijn vaste positie in op het schoolplein. Kussentikkertje was de nieuwste trend. Één van onze klasgenootjes had namelijk bij zijn neefje in de Randstad gelogeerd en daar deden ze dat al máánden. Als laatste gekozen worden bij gym was dan misschien geen pretje, maar nooit getikt worden bij kussentikkertje was minstens even erg. Na een paar rondjes rennen tussen de klimrekken en betonnen bankjes waren de mindere goden er al snel achter dat ze net zo goed aan de grond genageld konden staan. Getikt zouden ze van hun levensdagen niet worden. Tsja, het was een harde wereld die basisschool. Maar ja, wat doe je er aan?

Ruth en ik hadden over aandacht op kussentikkertje-gebied (inderdaad, dat is gewoon een woord) niks te klagen. Wanneer het haar beurt was om een gelukkige uit te kiezen, drentelde ik om haar heen als een ervaren matador die zo dicht mogelijk bij de razende stier probeert te komen zonder als een shaslick aan zijn horens geregen te worden. Het verschil tussen deze Spaanse gevarentrotseerder en mij was echter dat ik juist solliciteerde naar een schot in de roos. Geen zwaard, maar haar lippen tussen mijn ogen. Al was het maar voor een fractie van een seconde.

In de zomervakantie was de kermis in de stad. Het hele circus werd op de markt opgetrokken en als je er op tijd bij was, dan mocht je helpen opbouwen. Zelf had ik andere manieren om aan mijn geld te komen. Zo blonken in de laatste twee weken van augustus alle auto’s in de straat alsof ze zo de showroom uit waren komen rijden en het verlaten kraakpand op het braakliggende terrein achter ons huis, werd vakkundig gestript van al haar ijzerwaren. Vooral koper was het edelmetaal of choice. Dat leverde toch al gauw 7 gulden per kilo op.

Het zuurverdiende geld werd voornamelijk uitgegeven aan muntjes voor de botsauto’s. Nu zie ik ook wel in dat het veel romantischer was geweest om Ruth mee te vragen in het reuzenrad, zodat we schommelend op grote hoogte over de stad uit konden kijken. Zelfs de Breakdance met haar onnavolgbaar snelle bewegingen bood meer kans op enig lichamelijk contact. In deze attractie werd je als een krop sla in een ouderwetse droogzwierder van links naar rechts geslingerd en moest je elkaar wel vasthouden om niet uit het bakje gegooid te worden. Maar nee, ik kocht botsautomuntjes.

In mijn ogen was er niks zo romantisch als in je elektrische auto naar het meisje van je dromen te rijden om haar vervolgens keihard klem te rijden tussen jou en rand van het botsautoveld. Wanneer dit maar vaak genoeg herhaald werd, zou ze vanzelf wel merken dat ik haar leuk vond en dan… Ja, en dan?

Uiteindelijk bleek het een techniek die haar vruchten afwierp, want dezelfde zomervakantie nog zat deze jongen met Ruth aan zijn zijde bij de zaterdag matinee van “Ronja de roversdochter” met een grote bak zoute popcorn in de ene en een cola in de andere hand. Het was voor de bakker, maar jezus wat had ik toen graag de mogelijkheid gehad om haar een sms’je te sturen hoe leuk ze wel niet was! Wat had dat alles ‘n stuk eenvoudiger gemaakt…

(In verband met het recht op privacybescherming heb ik Ginger maar vervangen door Ruth. Ik zou tijdens mijn basisschooltijd natuurlijk nóóit verliefd worden op een Ruth. Weet je wat daar allemaal op rijmt?!)

Related Posts

Comments are closed.