Lange tijd was Grey’s Anatomy mijn wekelijkse go-to, een onversneden guilty pleasure die me – zeker in de eerste seizoenen – keer op keer emotioneel labiel op de bank achterliet. Als er praatgroepen waren geweest voor de cliffhangers waarmee Shonda Rhimes – het brein achter Grey’s Anatomy – ons rond de oren sloeg, dan was ik daar iedere week – jankend op mijn knieën – naartoe gekropen. Uiteindelijk heb ik het achttien seizoenen volgehouden, maar toen was de koek op. Toen Meredith Grey – diep weggezonken in haar coronacoma – ellelangen strandwandelingen begon te maken met haar overleden McDreamy, ben ik afgehaakt. Ook ik heb zo mijn grenzen. Wel jammer, want het is altijd lekker om een goede ziekenhuisserie achter de hand te hebben, wanneer er sprake is van een korte interessante-serie-droogte. Dat is waarschijnlijk ook waarom zenders en streamers structureel medische drama’s uit blijven braken. Het is de little black dress die iedere zenderbaas in zijn kast wil hebben hangen. Je móét gewoon een The Good Doctor, New Amsterdam of This Is Going To Hurt in je arsenaal hebben. Bij HBO Max ontbraak het daar nog een beetje aan, maar met The Pitt – bedacht door één van de makers van ER – hebben ze er nu één waar ze – in potentie – wel even meer vooruit kunnen.
24 met een doktersjas
Ziekenhuisseries komen in verschillende vormen en maten. Zo heb je de ietwat soapy series – zoals Chicago Med – waarin dokters het drukker hebben in de bezemkast dan in de operatiekamer en zijn er ook humoristische – The Office-achtige – werkvloerseries, zoals Getting On en St. Denis Medical. Een derde categorie is het serieuze – en wat meer realistische – ziekenhuisdrama. Code Black was daar een voorbeeld van en ook The Pitt moet het hebben van een wat ernstigere toon. In een 24-opzet zien we iedere aflevering een uur uit de shift van Dr Michael Rabinavitch. Michael – gespeeld door Noah Wyle, o.a. bekend van ER – runt de spoedeisende hulp van het Pittsburgh Trauma Medical Hospital. Hij houdt daar meer ballen hoog dan de jongleurs in Cirque du Soleil, want niet alleen strompelen er de meest bizarre patienten binnen, hij moet ook nog een aantal jonge, net afgestudeerde artsen begeleiden die aan hun eerste dag op de werkvloer zijn begonnen.
Vergeet wat ik wilde zeggen
Na het zien van de eerste afleveringen wilde ik zeggen dat The Pitt een herhaling van zetten is, een kopie van alles wat we eerder al eens zagen. Een opleidingsziekenhuis waarin typische newbie dokters – de overambitieuze, de onzekere, het sociaal ongemakkelijke genie, de softy en die ene die doktert omdat haar moeder ook doktert – vechten om de meest interessante patient. Ik wilde zeggen dat The Pitt te weinig aan character building doet en te veel focust op medische handelingen met teksten die je als kijker alleen begrijpt als je er minstens drie jaar medicijnenstudie op hebt zitten. Ik wou zeggen dat het erg dicht op de huid gefilmd is en dat deze vorm van ziekenhuisserie – hardcore med – zich misschien beter leent voor een docustijl-achtige serie. En ondanks dat het voorgaande allemaal waar is, begon ik er na een aflevering of vijf toch steeds beter in te komen. The Pitt is zo rauw als het onderbeen van de patient die twee huizenblokken lang achter een stadsbus werd meegesleept, de chaos van de eerste hulp maakt het lekker dynamisch en de hoofdpersonen laten steeds meer van hun ware aard zien. Daarbij is het ook wel eens fijn om een ziekenhuisserie te zien, waarin niet de helft van de medische staf continu met zijn of haar broek op de enkels wordt aangeduwd in het printerhok. The Pitt moest even op gang komen, maar groeit uit tot een serie die – mocht een eventueel vervolgseizoen een soortgelijk niveau aantikken – op termijn best een stevige acht aan kan tikken.
Landman Next Post: